Getuigenis van Frank

Ik ben 71 jaar oud. Ik heb een kandidatuursdiploma met een graad in economie aan de ULB. Ik was in dienst van ’71 tot ’79 als kleine leidinggevende en specialist in industriële productiekosten. Door levensomstandigheden ben ik daarna een kleine ondernemer in de bouw geworden. In ’83 ging mijn bedrijf buiten mijn macht overkop en ben ik persoonlijk failliet gegaan. Een faillissement betekent moeilijkheden gedurende 30 jaar… Het leven ging verder zijn gangetje, kinderen, echtscheiding, altijd een beroep uitgeoefend maar soms in de marge of zonder opbouw van sociale rechten. In 2015 ging ik op pensioen en had ik recht op ongeveer 800,- €/maand. De pensioenadministratie berekende spontaan mijn recht op IGO, dat een aanvulling vormt op het pensioenrecht dat ik op grond van mijn bijdragen ontvang. Ik heb hier niets slecht over te zeggen, ik kan me alleen maar verheugen over het bestaan van dit recht in een beschaafde maatschappij.

Mijn ervaring van de controleprocedure

Ik ben een actieve gepensioneerde, ik heb verschillende vrijwilligersactiviteiten. Ik heb een partner met wie ik niet samenwoon, kleinkinderen met wie ik de klassieke grootvader- en kleinkindactiviteiten heb. Tenslotte zit ik niet met angst te wachten aan het raam, bang voor de komst van de postbode: ik beweeg, ik heb een actief leven, en ik denk dat dit goed is. Het was dus een verrassing om toen op die beruchte maandag om 12 uur ’s middags in de brievenbus een brief te vinden, gedateerd op de donderdag ervoor, met het bevel om naar het gemeentehuis te gaan. Ik moest het bijgevoegde formulier laten afstempelen dat mijn verblijf in België aantoont en dit via de post terugsturen naar de Pensioendienst, en dit binnen 5 werkdagen na de aangegeven datum. Dat wou dus zeggen op donderdag! Ik had maar amper twee dagen over om dit in orde te brengen. Ik heb alles laten vallen: formulier ingevuld, bus genomen, naar het gemeentehuis gespurt en dan naar het postkantoor. Deze was niet in de buurt van het gemeentehuis. Ik heb de brief via een aangetekend schrijven verstuurd, hiervoor moet ik betalen maar ik wou bijkomende problemen vermijden. In de brief van het ministerie stond dat de postbode mijn afwezigheid al 3 keer zonder mijn medeweten had opgemerkt. Tot dan toe was ik mij er niet van bewust dat ik door dit bescheiden pensioen te ontvangen in feite, zoals veroordeelden met een enkelband, een huisarrest aanvaardde. Sedertdien heb ik de wet nagelezen en vastgesteld dat ik, als ik mijn toelage wil blijven ontvangen, slechts 29 dagen per jaar naar het buitenland mag gaan, en dat ik de pensioendienst daarvan vooraf op de hoogte moet brengen. 29 dagen per jaar als gepensioneerde gaan snel voorbij: een uitstapje in de winter om de kou te ontlopen en een bezoek aan een vriend in de zomer en het is alweer voorbij. Mijn bewegingsvrijheid is volledig aan banden gelegd.